Al jarenlang zwaait Citroën in het WRC de scepter. Des te merkwaardiger is het dat we daar op straat nooit iets van terugzien. Over de ‘snelle’ C4 (‘By Loeb’) van enkele jaren terug praten we maar zo min mogelijk en de C2 VTS was grappig, een eerbetoon aan de rallyrijders was het echter niet bepaald. Maar met de DS3 Racing heeft Citroën eindelijk weer eens een echte knaller in huis.
De gewone DS3 was één van de verrassingen van afgelopen jaar. Wie dacht dat ’t enkel een C3 betrof met wat glimmers vergiste zich deerlijk. Het bleek een gave auto met een hartstikke scherp onderstel. Een combinatie die we al een tijdje niet hadden gezien uit de koker van Citroën. Dat beloofde nogal wat voor de bijzondere DS3 Racing (DS3 R). Wellicht een merkwaardige naam, waarom niet DS3 Rally? Dat is immers de discipline waar Citroën de prijzen en de glorie binnenhaalt. De technische afdeling van het merk die zich met autosport bemoeit, heet evenwel Citroën Racing, dus dat verklaart de naam. Het feit dat zo’n afdeling zich uitgebreid met de ontwikkeling van de auto heeft ­beziggehouden, is trouwens meestal iets positiefs. Kijk naar de producten die Renault Sport de afgelopen jaren heeft ontwikkeld, bijvoorbeeld. Of juist naar wat er met de Ibiza Cupra is gebeurd nu Seat Sport daarin geen rol meer speelt. Wat de DS3 Racing ­extra bijzonder maakt, is het feit dat hij in ­gelimiteerde oplages wordt geproduceerd. Iedere keer homologeert Citroën een ­beperkte ­serie van 1.000 auto’s en dat doen de Fransen twee keer per jaar. Zo krijgen we in 2011 duizend DS3’s R met 202 pk en duizend met 207 pk. Het jaar erop komen er dan ­opnieuw maximaal tweeduizend ­exem­plaren, vermoedelijk met een net iets ­andere motortuning, zodat die auto’s weer als kleine serie gehomologeerd kunnen worden. Maar goed, in Nederland krijgen we voorlopig de modellen met 207 pk op de prijslijst. Om dit forse vermogen uit de 1,6-liter THP te peuren, heeft Citroën een ­andere weg gevolgd dan Mini, dat een ­vergelijkbare hoeveelheid pk’s (211) in zijn Cooper S Works levert. De Fransen hebben de turbo vervangen door een groter ­exemplaar, waardoor het opvoeren van de turbodruk wat makkelijker werd. In de Racing heb je 2,2 bar tegenover 1,8 voor de gewone DS3. Daarmee zijn we er nog niet, want zoveel power moet je in goede banen leiden. De auto is daarom 15 mm ­verlaagd en 30 mm verbreed, vervolgens is de besturing onder handen genomen. Uiteraard werd er ook goed naar veren en dempers gekeken, vooral die eerste blijken in de praktijk erg sportief. De demping is niet overdreven hard geworden, zodat de auto zeker niet vreselijk oncomfortabel is zolang de kwaliteit van de weg in orde is. Hierbij helpen de fijne kuipstoelen, want ’n strakke zit voelt automatisch prettig, ook voor de bijrijder. Dit betekent helaas niet dat de zitpositie ook meteen in orde is; het stuur kan niet ver genoeg naar je toe zodat je óf met te gestrekte armen rijdt, óf juist met je benen in de knoop komt. Maar ook de stoel kantelen had kunnen helpen, nu komen we gewoon net niet helemaal uit. In de gewone DS3 is ons dat nooit opgevallen.



Twee kleuren

De auto is slechts in twee kleuren leverbaar. Of liever gezegd: twee kleurencombinaties. Als je voor wit kiest, dan krijg je een grijs dak en grijze lichtmetalen wielen. De andere optie is zwart, en dan worden zowel de wielen als het dak oranje. Het interieur kleurt mee met het dak en de wielen, en het design van de wielen (standaard 18 inch!) verschilt per kleur. Zeker vanbuiten oogt de DS3 Racing simpelweg supergaaf. Een dikke dubbele uitlaat staat netjes en de carbon­accenten her en der zijn daadwerkelijk van koolstof; dit is geen bestickerd plastic! Ook in het interieur veel van dit dure materiaal, wat voor de compacte klasse echt uniek is. Dat de DS3 R snel is, is niet echt een ­verrassing, gezien het forse vermogen. Los van de power is de motor ook mooi soepel en hangt-ie lekker aan het gas. De grotere turbo heeft duidelijk effect op het gedragspatroon van de motor­: pas tussen de 2.500 en 3.000 tpm doet het ding volledig zijn werk, waarna je tot de toerenbegrenzer kunt doorhalen ­zonder vermogensverlies. Deze motor heeft dus niet het vlakke ­karakter waar Volkswagens 1,4-liter TSI wat last van heeft: doorhalen heeft echt zin. Het geluid is in orde; maar niet zo lekker als in de Peugeot RCZ met 200 pk.

De auto weet redelijk raad met het grote vermogen, maar de grens is wel zo’n beetje bereikt. In de eerste en tweede versnelling moet je zelfs op droog wegdek je rechtervoet niet volledig naar beneden duwen, want dan grijpt de tractieregeling – die bij deze auto echt niet de beroerdste is – in en krijg je een remingreep. De systemen ­kunnen gelukkig helemaal uit, maar dan moet je wel zelf die schaatsende voortrein onder controle houden. Waar een – al dan niet elektronisch – sperdifferentieel steeds meer ­gemeengoed begint te worden in deze klasse, is het ontbreken daarvan bij de DS3 wel een klein gemis. Zeker gezien de forse prijs had Citroën ’m best zo’n systeem ­mogen meegeven. Een echte ­mechanische sper, net als bij de John Cooper Works, had de auto helemaal weergaloos gemaakt. Want het is absoluut een erg fijne kar. Als je jezelf een klein beetje beheerst, kun je het vermogen prima kwijt en door de strakke vering en de verbreding is de auto bij koers­wisselingen erg stabiel. Je rijdt simpel en zonder zweten lang met ESP uit, want met de DS3 R kun je behoorlijk gooien en smijten voordat het eng wordt. De achterkant is stukken minder los dan die van de Clio, maar de auto is zeker niet zo onderstuurd als veel concurrenten. Hij duikt ­gretig de bocht in en heeft bijna geen tijd nodig om zich te zetten. Ga je forceren door bijvoorbeeld te remmen in een bocht, dan voel je dat de kont zich wil verplaatsen, maar dat ’t onderstel dit vervolgens tegengaat. Hierdoor krijg je snel een rotsvast ­vertrouwen in auto: je kunt verrekte hard zonder de controle te verliezen. Het mooie is dat de DS3 R spectaculair oogt en dat het rij­plezier volledig aansluit bij de verwachting die het uiterlijk schept. Je kunt gewoon ­ontzettend veel plezier hebben in deze auto.



Erg duur

Wel is hij duur. Erg duur. Met 35 mille is de auto niet alleen fors hoger geprijsd dan concurrenten als de Clio RS en Cooper S, maar vergt-ie ook een grotere investering dan een Golf GTI of Mégane RS. Daar staat tegenover dat de auto erg vol zit met opties: onder meer klimaatregeling, koolstofvezeldelen, 18-inch lichtmetaal, licht- en regensensor, parkeerhulp achter en een audio­systeem met subwoofer zijn standaard. En 207 pk is natuurlijk ook niet niks. Het ­gelukkigst zijn we echter met het feit dat Citroën geen ­halfslachtig ‘sportief’ model voor de looks heeft gemaakt. De DS3 Racing is een ­vreselijk leuk sportautootje dat daad­werkelijk iets toevoegt aan een toch redelijk vol segment.